“Rij maar naar deze plek”, zo luidt de instructie van cameraman Stefan op de mail met bijbehorend GPS-coördinaat. Het weer is grauw, donker en grijs, perfect voor mijn doel: weinig licht èn juist hele verzadigde herfstkleuren! Ook de bossen kleuren adembenemend, vooral de beuken zijn op hun hoogtepunt met geel, oranje en rood blad. Enige punt van zorg is nog de locatie. Ik ken de Leuvenumse beek wel maar kan mij niet herinneren een echt snelstromende plek te kennen. Stefan wel... zegt hij.
Alles is perfect vandaag… behalve wat ik nodig heb: stromend water
Eenmaal op de plek aangekomen vind ik mijzelf moederziel alleen in een sprookjesachtige sfeer. Het is mistig en stil en het kost mij weinig moeite om op de omgevallen bomen boven de beek trollen en elfjes te fantaseren. De kleurende beuken maken het plaatje af maar waar het mij om gaat, snelstromend water, is in geen veld of wegen te vinden. De beek stroomt, maar alleen als ik echt heel goed kijk.
Sterker nog, de beek stroomt zo weinig dat ik erover peins om het onderwerp van vandaag te veranderen in “reflecties en spiegelingen” want de vallende dauwdruppels geven nog meer beweging in het water van de beek dan de stroming zelf.
Ik stap in mijn auto en rij naar een andere plek waar ik al eerder ben geweest. Hier is de beek iets smaller en stroomt iets meer maar nog steeds te weinig om mijn doel te verwezenlijken. Terwijl ik moedeloos aan de waterkant sta, komt Stefan aanwandelen. Samen kijken we hoofdschuddend naar het bijna stilstaande water tot hij ineens met een glimlach opkijkt…. “Ik weet nog een plek”.
Toch nog gevonden: dé perfecte plek!
Eenmaal op de betreffende plek aangekomen kijk ik blij op in het tevreden gezicht van Stefan. “Held!” zucht ik, nu kan ik toch met mijn oorspronkelijke idee aan de slag: dynamiek en beweging in water èn lange sluitertijden.
“Wat gaan we precies doen vandaag?” vraagt Stefan terwijl ik het waadpak aantrek. Al sjorrend aan de laarzen steek ik van wal. “Water spreekt bijna bij alle fotografen tot de verbeelding. Niet alleen de oneindigheid door spiegelingen maar ook de dynamiek van bewegend stromend water. Alleen ben jij in het voordeel met film omdat je dan beweging en ook geluid mee kan nemen in je opnames, deze beide voor stromend water cruciale elementen ben ik kwijt met fotografie. Ik wil laten zien hoe je het gevoel van beweging toch kunt overbrengen zódanig dat de kijker bij het zien van mijn foto toch het gevoel heeft naar stromend water te kijken. Werken met lange sluitertijden!”
Vol enthousiasme stap ik in de beek om meteen met een zuur gezicht Stefan aan te kijken. “Je onzekerheid of dit pak nog volledig waterdicht was kan ik al na één stap wegnemen”, ijskoud water van de beek sijpelt al vanaf het eerste contact met het water mij linker laars binnen. Maar ik laat me niet kennen en ga aan het werk.
Werken met lange sluitertijden
Het maken van ‘long exposures’ zoals het ook wel wordt genoemd is tegenwoordig erg populair. Filters om het licht tegen te houden tot wel een factor 1000 gaan als warme broodjes over de toonbank maar voor mij is het werken met deze techniek nooit een doel op zich, het moet het beeld en je verhaal ondersteunen. Wanneer we gaan werken met bewegende onderwerpen, zoals stromend water maar ook wind door de bomen of langs drijvende wolken, loop je als fotograaf tegen het probleem aan dat je resultaat een stilstaand en plat beeld is waarmee je geen beweging of dynamiek kunt vastleggen. In dat geval biedt het werken met lange sluitertijden een uitkomst.
Wanneer je de sluiter langer open laat staan worden snelle bewegingen niet meer vastgelegd. Stilstaande onderwerpen blijven scherp en onbewogen maar alles wat tijdens de belichting beweegt vaagt uit. En juist deze uitgeveegde beweging in het beeld creëert voor de kijker de dynamiek van een bewegend onderwerp, je kijker fantaseert er als het ware weer beweging bij!
Hoe doe je dat nu, werken met lange sluitertijden. Het is op zich niet heel moeilijk als je het volgende stappenplan volgt:
- Werk altijd van (stevig!) statief. Als je statief niet stevig genoeg is kan de camera tijdens de foto alsnog bewegen en mislukt je foto
- Een draadontspanner is handig omdat je dan je camera niet aan hoeft te raken voor het maken van de foto, dus geen risico op beweging in de camera
- Werk vanuit de stand A(v) waarbij jij het diafragma in kan stellen en de camera de bijbehorende sluitertijd berekent. Kies dan voor de laagste mogelijke ISO (zoals ISO 100) en een lekker hoog diafragma getal ( = kleine opening) zoals f/22. Deze instellingen geven de op dat moment langst mogelijke sluitertijd zonder dat je foto ineens onder- of overbelicht.
- Is dat nog niet lang genoeg naar je smaak? Gebruik dan ook je polarisatiefilter (scheelt een factor 2 aan licht) of werk met zogenaamde grijsfilters die bedoeld zijn om extra licht tegen te houden.
- Heb je geen filters? Geen nood! Ga dan, net als ik vandaag, niet op een zonnige dag op pad maar juist een grauwe donkere dag. Dan heb je automatisch minder licht en geen filters meer nodig! Verder heeft zo’n dag als voordeel dat de kleuren van het bos extra verzadigd zijn.
Ook nog het polarisatiefilter!
Al eerder heb ik op Buitengewoon TV en in mijn blog het effect van het polarisatiefilter laten zien. En ook nu weer ga ik hem gebruiken. Niet om het licht nog extra tegen te houden want het was donker genoeg, maar om de lichtreflectie van zoal het stromende water als het natte blad van de bosgrond weg te filteren. Om het effect goed te laten zien kruip ik wat dichter op de feitelijke ‘stroomversnelling’. Met een grom kom ik erachter dat niet alleen de linker maar inmiddels ook de rechter laars van het waadpak zijn beste tijd heeft gehad. Ik loop nu wel in evenwicht, mijn beide voeten zijn inmiddels steenkoud en doorweekt met het ijskoude water van de niet bepaald tropische beek.
Gebruik de ‘juiste’ sluitertijd!
Ik begon al te zeggen dat lange sluitertijden populair zijn maar gebruik deze techniek nooit om de techniek zelf maar om iets vast te leggen wat anders niet kan. Zo maak ik altijd een trapje met verschillende sluitertijden om naderhand in de computer goed te kunnen bekijken welke sluitertijd het mooiste is bij mijn beeld. Soms kan dat wel 30 seconden zijn maar op andere momenten is 2,5 seconden veel mooier. Gebruik daarom de juist sluitertijd per beeld, niet per se lang of kort, om je gevoel van dynamiek over te brengen.
Terwijl ik vertel over het gebruik van de polarisatiefilter voel ik mijn tenen natter en vooral ijskoud worden!
Zo, dat staat erop, in twee takes per deel. Ik kijk nog eens tevreden rond, pluk mijn spullen her en der van de bosgrond en kijk in het tevreden gezicht van Stefan. “Klaar?” vraag ik hoopvol, inmiddels niet meer voelend of mijn tenen nog wel onderdeel van mijn lichaam uitmaken. Hij kijkt mij meelijwekkend aan … “helaas joh, we moeten alle loopjes nog en dan is het wel het leukste als je het waadpak nog aanhoudt”. Ik grom. “Als ik thuis kom koop ik weer een eigen…”.
Hans Vellekoop zegt
Mooie beelden weer, goeie uitleg en niet jaloers op je natte voeten 🙂