Vloggen wordt steeds populairder. Niet alleen op de social media is video steeds normaler maar ook wordt het met de huidige camera’s en zelfs telefoons steeds makkelijker om even snel een filmpje op te nemen. Toch is het maken van een goede vlog iets uitgebreider dan een filmpje voor de familie via whatsapp. Daarom hier deel 2 van 9 eenvoudige tips om van je video net iets meer te maken…
Zie deel 1 voor de eerste 4 tips…

#5 werk bij voorkeur vanuit manual
Wanneer diafragma of ISO tijdens het filmen veranderen, verandert ook de belichting. Dat zie je. Probeer daarom zoveel mogelijk vanuit manual te werken. Als de belichting verandert, laat het dan ook maar lichter of donkerder worden. Dat ziet er veel natuurlijker uit dan dat de belichting ineens verandert. Heb je echt shots waarin het licht enorm gaat veranderen, bijvoorbeeld vanuit de schaduw ineens in de zon, werk dan met auto ISO maar niet met een veranderend diafragma.
#6 werk in 4K
Je hebt vast wel eens gehoord van de termen 1080p, FHD, UHD of 4K. Dat zijn allemaal termen waarmee de resolute wordt bedoeld. FHD (Full High Definition) betekent een resolutie van 1920×1080 pixels in 16×9 verhouding. Dat is wat het meeste wordt gebruikt en wat je ook prima kan bekijken op je telefoon of YouTube. 1080p is niets anders dan een andere benaming voor FHD. 4K of UHD (van Ultra High Definition) is een resolutie die 4x zo groot is, dus 2x 1920 bij 2x 1080 = 3840×2160 pixels. Dit is veel te veel voor wat je wellicht uiteindelijk gebruikt als je exporteert in FHD maar geeft je wel de mogelijkheid om in post (post processing) iets te croppen of achteraf ‘beweging’ te monteren. Dan kun je je shots iets ruimer houden dan per se nodig en heb je achteraf flexibiliteit als je bijvoorbeeld een net scheve horizon hebt. Film je in FHD dan heb je geen crop mogelijkheden meer.

#7 Maak simpele shots
Ik heb het al eerder gezegd, ga niet aan de slag met allerlei fancy transitions of camera movements. Vaak voegen die helemaal niets toe aan het verhaal, wordt de kijker vooral moe van constante beweging en leidt het alleen maar af. Zorg voor goede steady shots (stilstaand beeld waarbij alleen beweging is van de onderwerpen) die duidelijk vertellen waar het om gaat, is vaak veel krachtiger. Bij je b-roll (zie verderop) mag je best wat beweging laten zien maar wissel af tussen beweging en stilstaand beeld. Zorg dat beweging functioneel is. Wanneer je praat heeft beweging geen nut, wanneer je loopt kun je beste de camera meenemen en laten zien dat je loopt. Zorg dat beweging functioneel is.
Voor mijn vlog over het speciale winterlicht begin ik met een steady shot in mijn garage waarbij ik de fiets pak en naar de camera toe de introductie doe. Ik geef je meteen inzicht in de tijd, locatie, etc. Daarna zie je een wiebelig shot met een fiets waarbij je mijn stem als voice over hoort. Met dat shot laat ik zien dat ik op de fiets onderweg ben.


#8 Wissel af in soorten shots
Als je alleen bent is het heel verleidelijk om een goed werkend shot te herhalen. Denk aan een stilstaand beeld waar je aan voorbij loopt. Echter, als je dat shot een keer hebt gemaakt is het erg suf om dat vaker in een video te laten terugkomen. Probeer daarom creatief te zijn met afwisseling. Maak van ieder shot zo mogelijk een wide (overzicht waarmee je de locatie en setting introduceert) en close (detail van de handeling), eventueel zelfs een midden range shot. Dit kun je later afwisselen. Wide shots zijn vaak steady en stilstaand, de beweging en actie komt van het onderwerp. Close shots kun je best hand-held (vanuit de hand) doen want dan heeft de kijker echt het gevoel dat hij/zij zelf aan de slag is.
Voor mijn vlog over mijn nachtelijk avontuur met komeet Neowise begin ik met verschillende soorten shots om te laten zien dat ik inpak. Niet alleen hand-held shots van hoe ik de deur open maar ook shots van boven. Zie hier de hele vlog.


#9 Nooit genoeg b-roll
Als je jezelf filmt terwijl je praat heet dat A-roll, de hoofd shots. Echter, als je goed kijkt naar de meeste documentaires of vlogs dan zie je dat het praten weliswaar doorgaat maar dat je als kijker tegelijk wordt getrakteerd door allerlei andere shots. Denk aan de omgeving, de persoon aan het lopen, details in de omgeving, etc. Dat wordt b-roll genoemd en kun je eigenlijk nooit genoeg van hebben.

Wat ik vaak doe is dat ik eerst een stuk opneem van mijzelf (zogenaamd talking-head) waarin ik alles zeg wat ik op dat moment wil vertellen. Daarna ga ik in de omgeving kijken naar alle b-roll die erbij kan. Vertel ik bijvoorbeeld over bloemen, dan schiet ik daarna diverse footage van de bloemen, de omgeving, mijzelf lopend tussen de bloemen door, etc. Dit kan ik later allemaal over mijn talking-head monteren. Op die manier wissel je later af tussen jezelf en alle omgevingsfootage en fungeert jouw tekst grotendeels als voice-over.

Zo… nu heb je de belangrijkste 9 tips over het maken van een video of vlog. Als je geïnteresseerd bent wil ik dit nog wel eens uitbreiden met tips voor post processing. Ik hoor het wel.
Succes, Johan
Geef een reactie